Veel mensen hoor ik vragen wat de waarde van de PvdA nog is? Die partij hoort
immers bij de gevestigde orde en heeft ook regelmatig deelgenomen aan kabinetten,
colleges van B&W en Gedeputeerde Staten. Verder is de PvdA vaak deel van andere
bestuurlijke entiteiten. Wij worden dus gewantrouwd. Voornaamste bron van dat
wantrouwen is toch de deelname aan het kabinet Rutte II. Toen is de herkenbaarheid
van de PvdA als sociale partij en als sociaal-democratische partij buiten beeld
geraakt. Voeg hier aan toe de nog steeds toenemende onvrede, die zich ook uit in het
ontstaan van antidemocratische partijen en verdere versplintering in de samenleving.
Er ligt dan een grote taak voor ons om vertrouwen te herstellen en versplintering
tegen te gaan. Daarbij moeten we een goede analyse van de samenleving maken.
Vanuit onze wereldvisie waarin solidariteit centraal staat is er sinds de jaren ’60 toen
het individu meer voorop kwam te staan heel veel veranderd. Immers, de eigen
belangen voeren mijns inziens de boventoon in de samenleving. Je merkt het ook in de communicatie,
bijvoorbeeld. “ De overheid is niet van ons allemaal, maar is onze vijand geworden.”
Inmiddels zijn wij verder gegaan met het herstellen van vertrouwen. Centraal daarbij staat de samenwerking met Groen Links en zo mogelijk andere progressieve partijen. Bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten is dit in de Eerste Kamer goed tot uiting gekomen. Als wij een
vuist willen maken tegen de dominantie van rechtse partijen, moeten wij als linkse
partijen elkaar opzoeken. Dat hebben we ook geprobeerd bij de
Waterschapsverkiezingen. Helaas is het niet gelukt om in het bestuur te komen door
een front van VVD, BBB en CDA en wat rechtse partijen en tot onze verbazing de
geborgden van de Natuurpartijen. Je zou toch verwachten dat natuur en links meer
bij elkaar horen. Het verkrijgen van een Hoogheemraad heeft de
natuurpartijen overgehaald.
Hoe gaan we dat doen? We moeten vooral duidelijk gaan maken waar de PvdA
ideologisch voor staat. Dat is voor de onderlinge solidariteit, maar ook voor een
gelijke verdeling van inkomen en macht. Ook voor een fatsoenlijke verzorgingsstaat.
We moeten kiezen en we zijn niet persé alleen maar een bestuurderspartij, maar
vooral ook ideologisch gedreven. Daar mogen we trots op zijn. We zijn ook voor internationale solidariteit. De tegenstellingen tussen arm en rijk in
de wereld groeien. Dit werd zichtbaar tijdense de coronapandemie.
We moeten verder ook de hand uitstrekken naar de jongeren. De nieuwe generatie
wordt vermoedelijk de eerste generatie die het minder krijgt dan voorgaande
generaties. Zij moeten gaan dealen met de klimaatcrisis, de energiecrisis, het
behouden van de verzorgingsstaat en de toenemende druk om voor ouderen te
zorgen. Daarvoor is elan en een ideologisch drive nodig. Het is niet te verwachten dat dit kabinet dat gewoon niet regeert de
eindstreep gaat halen. Dus dat betekent actie aan de linkse kant!