Bezoek aan gemeente Houten

30 mei 2018

Ik ben op fietsbezoek geweest in fietsstad2018 gemeente Houten. Ik wilde zien en ervaren wat de leerpunten voor de gemeente Delft kunnen zijn. 

 Een paar jaar geleden ben ik ook bij fietssteden op bezoek geweest oa de in 2014 genomineerde stad Eindhoven. En daar heb je al het eerste grote verschil: De gemeente Eindhoven zit in een verandering van echte auto stad naar een fietsstad met mooie groene parken. Terwijl Houten is aangelegd als fietsstad. 

Rond 1970 was Houten was een klein dorp met 4.000 inwoners op circa 10 km afstand van Utrecht. In de jaren ’60 kreeg het van de Rijksoverheid de opdracht om te groeien t.b.v. de woningnood, bouwopgave 6.000 woningen. Met enige weerstand ging Houten aan de slag. De ontwerpers maakte met een groene ruggengraat met daaroverheen een fietspad met vertakkingen. Om het gebied werd een rondweg voor autoverkeer aangelegd. Hierdoor kon Houten niet verder groeien. Later, in de jaren ’90, kwam er toch een tweede groeitaak bij. Er werd een tweede cirkel gemaakt.  Nu telt Houten bijna 50.000 inwoners.

Wat is mooi als fietser? Vrijliggende, rode fietspaden. Fietsers hebben altijd voorrang op auto. En Houten is uitvinder van de fietsstraat: “fietsstraat, auto te gast”. Om ergens de komen is de fiets altijd sneller dan de auto. Het is terecht een echte fietsstad. Als automobilist is Houten een ramp.

Zoiets ook voor Delft? Het is tijd om de bereikbaarheid van Delft structureel goed, veilig en duurzaam te regelen. De fiets speelt daarbij een belangrijke rol. De PvdA vindt dat Delft de ambitie moet hebben om Fietsstad van Nederland te zijn in het jaar 2022. Dat betekent: meer parkeerruimte voor fietsen, oplossen fietsersfiles, een aanvalsplan fietsendiefstal, meer fietsstraten, rode fietspaden, het vergroten van de veiligheid door het verruimen van haarspeldbochten en snelle en veilige fietsroutes naar scholen, Rotterdam en Den Haag. 

Net als in Houten? Nee. Voor Delft is het van belang om een goed totaal mobiliteitsplan te hebben waarbij ook een goede aansluiting is naar omliggende gemeente én ruimte is voor alle vervoersvormen, dus lopen, fietsen, OV en auto. Dat past meer bij de Delftse Identiteit en behoefte van de inwoners.